Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet wordt genoemd in de uitvoeringsregeling van de wet Financiering decentrale overheden. Deze limiet stelt een grens aan de korte financiering die gemeenten hanteren voor de financiering van lopende uitgaven om tijdelijke liquiditeitstekorten op te vangen.
Een gemeente mag slechts een beperkt deel van de begroting met kort geld financieren. Een langere vastlegging van de geleende middelen zorgt voor een beter voorspelbare rentelast.
De bovengrens is gesteld op een bedrag ter grootte van een percentage (8,5%) van het totaal van de jaarbegroting van de gemeente, met een minimum van € 300.000.
In het overzicht hieronder wordt de kasgeldlimiet in 2024 in beeld gebracht.
Kasgeldlimiet | 1e | 2e | 3e | 4e | |
Omvang begroting (stand primaire begroting) | 379.105 | 379.105 | 379.105 | 379.105 | |
Grondslagpercentage | 8,5% | 8,5% | 8,5% | 8,5% | |
1 | Toegestane kasgeldlimiet | 32.224 | 32.224 | 32.224 | 32.224 |
Opgenomen gelden < 1 jaar | 10.000 | 15.000 | 0 | 0 | |
Schuld in rekening-courant | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Gestorte gelden door derden < 1 jaar | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld | 0 | 0 | 0 | 0 | |
2 | Vlottende schuld | 10.000 | 15.000 | 0 | 0 |
Contante gelden in kas | 30 | 30 | 30 | 30 | |
Tegoeden in rekening-courant | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige uitstaande gelden < 1 jaar | 10.000 | 10.000 | 10.000 | 10.000 | |
3 | Vlottende middelen | 10.030 | 10.030 | 10.030 | 10.030 |
4 | Toets kasgeldlimiet | ||||
Toegestane kasgeldlimiet | 32.224 | 32.224 | 32.224 | 32.224 | |
Totaal netto vlottende schuld | -30 | 4.970 | -10.030 | -10.030 | |
Ruimte (+)/Overschrijding (-) | 32.254 | 27.254 | 42.254 | 42.254 |
De Wet Fido geeft aan dat de kasgeldlimiet niet mag worden overschreden. Indien een overschrijding voor het derde achtereenvolgende kwartaal geschiedt, dan dient de toezichthouder daarvan middels een rapportage op de hoogte te worden gebracht en dient een plan te worden overgelegd waarin is vermeld hoe de gemeente binnen de kasgeldlimiet blijft.